Kostenstructuur van een IPT: wat betaal je écht voor je pensioenopbouw

Wanneer je vennootschap een premie stort in een Individuele Pensioentoezegging (IPT), gaat niet het volledige bedrag rechtstreeks naar jouw pensioenreserve.
Een deel gaat naar taksen, kosten en later — op het moment van uitkering — naar fiscale en sociale heffingen.

Bij FinCoach brengen we al deze kosten overzichtelijk in kaart, zodat je exact weet wat er met elke euro van je premie gebeurt.

Bij de start 

Premietaks – 4,4 %

De premietaks is een wettelijke heffing die op elke premie verschuldigd is.

  • Tarief: 4,4 %

  • Toegepast op: het volledige premiebedrag

  • Voorbeeld: bij een premie van €1.000 → €44 taks

  • Resterend bedrag na taks: €956

💡 De premietaks is niet recupereerbaar, maar de volledige premie blijft fiscaal aftrekbaar als beroepskost voor de vennootschap.

Instapkosten 

De verzekeraar of tussenpersoon rekent meestal instapkosten aan op de premie (na premietaks).

  • Gebruikelijke vork: 1 % – 3 % (zelfs hoger gezien 🧐)

  • In voorbeeld : 2 %

  • Voorbeeld: €956 × 2 % = €19 instapkosten

  • Effectief belegd bedrag: ongeveer €937

Tijdens het beheer 

Beheerskosten

Tijdens de looptijd worden jaarlijkse beheerskosten aangerekend door de verzekeringsmaatschappij, afhankelijk van het type contract.

Type contract

Omschrijving

Beheerskost (indicatief)

Tak 21

Klassieke levensverzekering met gewaarborgd rendement en winstdeling

0,10 % – 0,5 % per jaar

Tak 23

Beleggingsverzekering (fondsen, zonder kapitaalgarantie)

0,5 % – 2,5 % per jaar

💡 Wie je contracten IPT beheert is o zo belangrijk.
Is je IPT-contract afgestemd op jouw doelen, beleggingshorizon, .. 
Wie beheert? Wordt het goed opgevolgd? 

Op het einde of bij uitkering

Eindbelasting bij uitkering

Bij pensionering wordt de opgebouwde reserve belast aan een vaste aanslagvoet, afhankelijk van de leeftijd waarop het kapitaal wordt uitgekeerd. Deze worden toegepast op de uitgekeerde kapitaal op einddatum (excl. eventuele winstdeelname) 
Daarnaast wordt er ook gemeentebelasting toegepast, maar die verschilt per gemeente en is hier niet meegerekend.

Leeftijd bij uitkering

Aanslagvoet eindbelasting

Voorwaarden

60 jaar

20 %

Uitkering op 60 jaar toegestaan, maar hoogste tarief

61 jaar

18 %

Iets lager tarief

62 – 64 jaar

16,5 %

Standaardtarief voor vroegere opname

65 jaar of later

10 %

Enkel als je actief blijft tot pensioenleeftijd of volledige loopbaan hebt

💡 Voorwaarden voor het gunsttarief (10 %): je moet actief blijven als bedrijfsleider tot wettelijke pensioenleeftijd of voldoen aan een volledige loopbaanvoorwaarde.

Sociale bijdragen bij uitkering (altijd van toepassing)

Naast de eindbelasting betaal je bij de uitkering ook para-fiscale bijdragen.
Deze worden berekend op het uitgekeerde kapitaal, inclusief eventuele winstdeelname.

Bijdrage

Tarief

Toegepast op

Uitleg

RIZIV-bijdrage

3,55 %

Op het volledige uitgekeerde kapitaal

Wettelijke bijdrage voor sociale zekerheid

Solidariteitsbijdrage

0 % – 2 % 

Op kapitaal + winstdeelname

Progressief: stijgt licht bij hogere kapitalen

💡 Deze bijdragen worden ingehouden bij uitbetaling door de verzekeringsmaatschappij. 

Voorbeeld 

Premie

€ 1.000

Premietaks

4,40%

€ 44,00

Instapkosten

3%

€ 28,68

Nettopremie

€ 927,32

 

 

 

Sociale bijdrage

2%

€ 18,55

RIZIV bijdrage

3,55%

€ 32,92

Eindbelasting 65j

10%

€ 87,59

Gemeentebelasting

8%

€ 7,01

Netto in privé

€ 781,26

Netto % privé

78,13%

Belastingdruk

21,87%

Wachttermijn uitkering

Pensioenleeftijd

Belangrijk om te onthouden

  • De premietaks (4,4 %) is wettelijk verplicht.

  • De instapkosten verschillen per verzekeraar en zijn bespreekbaar.

  • De beheerskosten hangen af van het type contract (Tak 21 of Tak 23).

  • Bij uitkering betaal je een eindbelasting (10–20 %) én para-fiscale bijdragen (±4,5 % gemiddeld).

  • Samen ligt de totale belastingdruk dus meestal rond 20-22 % bij opname op 65 jaar.


Was dit artikel nuttig?