Langetermijnsparen in België is een fiscaal voordelige manier om een aanvullend pensioen op te bouwen. Je spaart jaarlijks via een verzekering in tak 21 of tak 23 en krijgt een belastingvermindering van 30%. Maar hoe werkt het precies, hoeveel mag je storten en is het voor iedereen even interessant?
Wat is langetermijnsparen?
Langetermijnsparen is een fiscaal ondersteunde spaarformule binnen de derde pensioenpijler. Het wordt doorgaans aangeboden via een levensverzekering in tak 21 of tak 23. Tak 21 biedt kapitaalgarantie en een vaste rentevoet, waardoor spaarders zekerheid hebben over hun kapitaalgroei. Tak 23 belegt in fondsen en kent geen kapitaalgarantie. Het potentieel rendement ligt hoger, maar schommelt mee met de financiële markten.
Het doel van langetermijnsparen is om aanvullend vermogen op te bouwen bovenop het wettelijk pensioen. Het is een vrijwillig en flexibel systeem dat naast andere pensioenopbouwmethoden kan worden gebruikt.
Voorbeeld:
Sofie, 42 jaar, kiest voor een tak-21-contract omwille van de zekerheid. Ze stort jaarlijks 2.000 euro en ontvangt 600 euro belastingvermindering. Tom, 33 jaar, kiest een tak-23-product en aanvaardt marktrisico in ruil voor een potentieel hoger rendement.
Voor wie is langetermijnsparen interessant?
Langetermijnsparen is vooral geschikt voor belastingplichtigen die voldoende belastbaar inkomen hebben. Omdat het voordeel wordt toegekend via de personenbelasting, moet men effectief belastingen verschuldigd zijn om de belastingvermindering van 30% te benutten. Een belastbaar inkomen vanaf ongeveer 30.000 euro blijkt in de praktijk een goed uitgangspunt om het voordeel volledig te kunnen realiseren.
Ook gepensioneerden kunnen nog bijdragen aan langetermijnsparen, op voorwaarde dat het contract vóór hun 65e verjaardag werd afgesloten en dat ze nog voldoende belastingen betalen.
Voorbeeld:
Iemand met 22.000 euro belastbaar inkomen betaalt te weinig belasting om de volledige belastingvermindering te benutten. Iemand met 38.000 euro inkomen kan wel het maximale voordeel van 735 euro verkrijgen.
Hoeveel mag je storten in inkomstenjaar 2025 en hoe wordt dit berekend?
Het wettelijk maximum voor inkomstenjaar 2025 bedraagt 2.450 euro. Dit bedrag levert een belastingvermindering op van 30%, waardoor het maximale fiscale voordeel oploopt tot 735 euro.
Dit vaste maximumbedrag staat echter niet los van de officiële berekeningsformule die al jarenlang in de wet staat. Deze formule bepaalt het theoretische maximumbedrag dat iemand mag storten en luidt als volgt: 6% van het netto belastbaar beroepsinkomen, vermeerderd met een vast bedrag van 176 euro. De uitkomst van deze inkomensformule mag echter nooit hoger zijn dan het wettelijke maximum van 2.450 euro. Daardoor speelt de inkomensformule vooral een rol bij lagere inkomens, terwijl hogere inkomens vrijwel altijd rechtstreeks tegen het maximale plafond aanlopen.
1ste maximum : 6% van het netto belastbaar beroepsinkomen, vermeerderd met een vast bedrag van 176 euro.
2de maximum : 2450 euro
Daarnaast moet rekening worden gehouden met de fiscale korf. Wanneer een belastingplichtige nog kapitaalaflossingen of premies voor een schuldsaldoverzekering betaalt die recht geven op belastingvermindering binnen dezelfde korf, vermindert dat de fiscale ruimte voor langetermijnsparen. Het totaal van zowel de hypothecaire aftrek als de storting voor langetermijnsparen mag samen niet boven 2.450 euro uitkomen.
Voorbeelden:
Hoog inkomen
Netto beroepsinkomen: 50.000 euro
6% = 3.000 + 176 = 3.176 euro
Omdat dit boven 2.450 euro ligt, geldt het wettelijke maximum van 2.450 euro als fiscaal aftrekbare storting.Gemiddeld inkomen
Netto beroepsinkomen: 35.000 euro
6% = 2.100 + 176 = 2.276 euro
Dit ligt onder het wettelijke plafond.
Maximaal aftrekbare storting: 2.276 euroLager inkomen
Netto beroepsinkomen: 20.000 euro
6% = 1.200 + 176 = 1.376 euro
Maximaal aftrekbare storting: 1.376 euro.
Rendement, veiligheid en productkeuze (tak 21 en tak 23)
Tak 21-producten zijn populair bij spaarders die stabiliteit wensen. Ze bieden een gegarandeerde rente en mogelijk een winstdeelname. Tak 23-producten beogen een hoger rendement en beleggen in fondsen, maar zijn onderhevig aan marktschommelingen.
Voorbeeld:
Eva kiest een tak 21-product met een gegarandeerde rente van 1,7%. Pieter kiest een dynamisch tak 23-fonds dat in goede beursjaren 6% kan opleveren, maar in slechte beursjaren kan dalen in waarde.
Hoe werkt de eindbelasting?
Langetermijnsparen kent een eenmalige anticipatieve heffing van 10% op de theoretische waarde van het contract. Deze eindbelasting wordt automatisch toegepast door de verzekeraar en de timing ervan hangt af van de leeftijd bij aanvang van het contract.
Wie begint vóór 55 jaar betaalt de eindbelasting op zijn 60e verjaardag. Wie start na 55 jaar, betaalt de eindbelasting op de tiende verjaardag van het contract. Rendementen binnen de polis zijn vrij van roerende voorheffing, wat een bijkomend fiscaal voordeel vormt.
Voorbeeld:
Julie start op 40 jaar met langetermijnsparen en betaalt de eindbelasting op 60 jaar. Marc start op 58 jaar en betaalt de eindbelasting op 68 jaar, tien jaar na aanvang.
Blijven sparen na de eindbelasting
Een unieke troef van langetermijnsparen is dat de belastingplichtige na de eindbelasting kan blijven storten met behoud van het volledige fiscale voordeel. De eindbelasting wordt immers slechts één keer toegepast. Alle stortingen die daarna worden gedaan, blijven fiscaal aftrekbaar met 30% én zijn later volledig belastingvrij bij uitkering.
Na de eindbelasting kan je blijven storten, op voorwaarde dat het contract vóór 65 jaar gestart werd.
Voorbeeld:
Els start op 62 jaar. De eindbelasting wordt op 72 jaar ingehouden. Daarna stort zij jaarlijks 1.500 euro en ontvangt ze telkens 30% belastingvermindering. Deze bijkomende stortingen worden bij uitkering niet meer belast.
De fiscale hervorming van 2024
Hoewel de federale regering in 2023 aankondigde dat langetermijnsparen voor nieuwe contracten zou verdwijnen vanaf 2024, werd dit voorstel nooit omgezet in wetgeving. Langetermijnsparen blijft daarom in 2025 volledig bestaan, inclusief het fiscale voordeel van 30% voor nieuwe contracten.
Wat wel gewijzigd is, betreft de woonfiscaliteit. De federale belastingvermindering voor hypothecaire leningen voor een tweede woning en voor schuldsaldoverzekeringen die daaraan gekoppeld zijn, is afgeschaft voor nieuwe contracten vanaf 1 januari 2024. Deze afschaffing staat volledig los van langetermijnsparen.
De federale belastingvermindering voor hypothecaire leningen voor een tweede woning en voor schuldsaldoverzekeringen die daaraan gekoppeld zijn, is afgeschaft voor nieuwe contracten vanaf 1 januari 2024.
Voorbeeld:
Anna sluit in 2025 een nieuw langetermijnspaarcontract af en ontvangt gewoon fiscaal voordeel.
Johan sluit in 2024 een nieuwe lening voor een tweede woning af en ontvangt daarvoor geen fiscale aftrek meer.
Combinatie met andere pensioenformules
Langetermijnsparen kan zonder problemen gecombineerd worden met pensioensparen, VAPZ, POZ en IPT. Elk systeem heeft zijn eigen maxima en fiscale regels, waardoor een gecombineerde strategie vaak leidt tot een optimale belastingdruk én pensioenopbouw.
Voorbeeld:
Een zelfstandige kan in één jaar 1.310 euro storten voor pensioensparen, een VAPZ-premie betalen én 2.450 euro voor langetermijnsparen. Elk van deze systemen werkt apart.
Wanneer is langetermijnsparen een verstandige keuze?
Langetermijnsparen is met name geschikt voor mensen die geen fiscale voordelen meer genieten via woonkredieten, voldoende belastbaar inkomen hebben en op zoek zijn naar een fiscaal ondersteunde formule voor vermogensopbouw.
Voorbeeld:
Ben, 45 jaar, heeft geen woonbonus meer en verdient 55.000 euro. Hij benut jaarlijks de volledige ruimte van 2.450 euro en ontvangt daardoor een belastingvermindering van 735 euro. Over de jaren heen levert dit een substantiële fiscale besparing op.
Overzichtstabel langetermijnsparen 2025
Element | Toelichting |
|---|---|
Wettelijk maximum | 2.450 euro |
Maximale belastingvermindering | 735 euro |
Inkomensformule | 6% van netto beroepsinkomen + 176 euro |
Eindbelasting | 10% op 60 jaar of na 10 jaar |
Verder sparen na eindbelasting | Toegelaten, mét belastingvermindering |
Producttypes | Tak 21 en tak 23 |
Maximale leeftijd bij start | 65 jaar |
Hypothecaire aftrek | Vermindert fiscale ruimte |
Fiscale hervorming | Hypotheek tweede woning afgeschaft sinds 2024; LTS blijft bestaan |
Veelgestelde vragen over langetermijnsparen
Wat gebeurt er als ik minder stort dan mijn maximale fiscale ruimte?
Je ontvangt eenvoudigweg 30% belastingvermindering op het daadwerkelijk gestorte bedrag.
Kan ik het contract vroegtijdig stopzetten?
Dat kan, maar het leidt meestal tot verlies van fiscale voordelen en mogelijk tot kosten. Het product is bedoeld om lang aan te houden.
Kan ik meerdere contracten combineren?
Ja, maar het gezamenlijke bedrag dat in aanmerking komt voor fiscale aftrek mag het jaarlijkse maximum niet overschrijden.
Kan ik na mijn 60e nog beginnen met langetermijnsparen?
Dat kan, maar de eindbelasting valt dan op de tiende verjaardag van het contract. Premies blijven fiscaal aftrekbaar zolang je belastbaar inkomen hebt en het contract vóór 65 jaar startte.
Is tak 23 riskant?
Ja, de waarde van een tak 23-contract kan schommelen. Het is geschikt voor wie marktrisico kan aanvaarden.
Conclusie langetermijnsparen als onderdeel van je pensioenopbouw
Langetermijnsparen is een onderschatte manier om fiscaal voordelig kapitaal op te bouwen. Wie vandaag niet meer in aanmerking komt voor de woonbonus, kan het beschikbare fiscale plafond optimaal benutten via deze formule.
Let wel: de keuze van het juiste product (tak 21 of tak 23), de kosten en de looptijd maken een groot verschil. Laat je dus goed adviseren of vergelijk grondig voordat je intekent.